Brouwerij De Ryck werd in 1886 opgericht als ‘Brouwerij De Gouden Arend’ door Gustave De Ryck tegenover de kerk in het Oost-Vlaamse Herzele. Gedurende 100 jaar focusten ze zich als ‘vatenbrouwerij’ op de lokale markt onder hun kerktoren. Miek staat samen met broer Bram als vijfde generatie aan het roer. De lokale afzetmarkt blijft één van hun prioriteiten, maar ze durven ook al eens verder kijken dan de kerktoren lang is.
Hoe zijn jullie geëvolueerd sinds de start in 1886?
Miek: “Wij zijn een atypische familiebrouwerij. Wij hebben heel lang uitsluitend in vaten geproduceerd. Dit omdat we enorm lokaal verankerd waren. Onze klanten waren de nabijgelegen cafés en restaurants. Dat is heel lang onze enige afzetmarkt geweest. Daarenboven hadden we ook maar één type bier, de ‘Spécial De Ryck’. We noemen dit al grappend vaak ons moederbier. Het is een authentieke Spéciale Belge, één van de slechts 4 overgebleven originelen en tevens een erkend streekproduct. Iets meer dan 10 jaar geleden zetten wij de stap naar de fles. En nu ga ik misschien als een alcoholieker klinken, maar de fles heeft ons gered. Het heeft logistiek veel aanpassingen gevergd, maar het heeft de deur naar de export geopend. Zo konden we niet alleen onder onze kerktoren opereren, maar ook daarbuiten. Het werd ook gemakkelijker om naar lokale horeca toe te stappen, samen met enkele flesjes zodat men ook kan proeven. Daarnaast breidden we ons aanbod uit naar 8 heerlijke streekbiertjes, waaronder de ‘Spécial’, de ‘Gouden Arend’ en het ‘Steenuilke’. Ons verhaal is dus de laatste vijftien jaar enorm in beweging geweest en heeft ook enorm veel investeringen gevraagd.”
Welke zijn de meest recente investeringen die jullie gedaan hebben?
“In de zomer van 2019 huldigden we de nieuwe loods in, en stelde we ons nieuwe biertje ‘Clement’ voor. 2020 zou volledig in het teken staan van dit nieuwe biertje. We wilden dit in de kijker zetten op de Ronde van Vlaanderen die hier jaarlijks passeert en bij de jeugd op de kampen en festivals. De pandemie besliste er anders over. De bekendheid voor ‘Clement’ is op een organische manier wel een beetje gegroeid, maar het is toch niet gelopen zoals we het voor ogen hadden. We zijn afgelopen jaar op verschillende fronten aangevallen. We zijn dan ook heel tevreden dat we die lokale markt altijd zo hoog in het vaandel blijven dragen zijn, want zij zijn onze redding geweest. Consumenten zijn nog bewuster lokaal beginnen aankopen. Wij hebben al jaren een klein winkeltje hier aan de brouwerij en we merkten dat de buurtbewoners sneller eens tot hier kwamen om flesjes te kopen. Ze maken bewust de stap om naar hier te komen, om de lokale middenstand te steunen. Natuurlijk neemt dat wel niet weg dat de hoeveelheid die twee mensen thuis opdrinken, nooit opweegt tegen het verbruik van de horeca, evenementen en kampen.”
Zijn jullie dan op zoek gegaan naar creatieve ideeën om het volume van de afzetmarkt pro corona toch enigszins te proberen handhaven?
“We zijn daar zeker naar op zoek gegaan. Een andere afzetmarkt zoeken is uiteraard niet evident. Elke afzetmarkt lag stil. We hebben bijvoorbeeld verschillende verenigingen aangeschreven, maar ook zij werden geconfronteerd met beperkingen. En als take-away dan toch mogelijk was, dan mochten ze geen alcohol verkopen. Het was dus niet gemakkelijk, maar nood breekt wet, zeker in een klein bedrijf. We maakten tijd voor enkele zaken die we vaak voor ons uit schoven, zoals het Arendgamma in een nieuw jasje steken. We maakten ook een nieuwe website en lanceerden een webshop. Hierover waren we lang terughoudend. Het is niet evident om bier te versturen en de verzendingskost is heel hoog. Maar nu hadden we de tijd om naar een goede logistieke oplossing te zoeken. Die hebben we ook deels gevonden. En nu blijkt dat we via deze weg nog meer lokale mensen bereiken. Mensen die hier wat verder wonen, hebben de luxe gevonden om hun biertjes vanuit hun luie zetel te bestellen. We zijn blij dat we op die trein gesprongen zijn. We hadden dit waarschijnlijk niet gedaan, mochten we nog in de mallemolen van elke dag meedraaien.”
Ben je ook tevreden met de genomen beslissingen?
“Ja, zeker wat betreft de website en de nieuwe labels. Deze zaken frustreerden ons al een tijdje. De webshop heeft onze vermoedens bevestigd. Je moet er heel veel tijd insteken en je moet deze continu ondersteunen met posts op sociale media. Anderzijds zijn we er ons van bewust dat we dit niet louter als verkoopskanaal moeten zien, maar dat dit ook gewoon een goed marketingmiddel kan zijn. Het is een opportuniteit om op het scherm van potentiële klanten te verschijnen en hen op die manier binnen te lokken. Via de webshop kunnen ze in alle rust het aanbod uitgebreid bekijken of eens vergelijken met de concullega’s. Naast deze grote aanpassingen, hebben we tijdens corona ook nog enkele ludieke dingen gedaan. Zoals enkele zaterdagen een drive-through gedaan. Dat zijn natuurlijk geen zaken waar je je verliezen mee kan ophalen, maar het heeft ons wel een bezigheid gegeven om op een positieve manier energie te stoppen in het bedrijf en niet te kniezen over zaken die niet liepen zoals we wouden. Die nieuwe ‘acties’ blijven we natuurlijk aanbieden, ook na corona. Het heeft zijn meerwaarde bewezen, maar het is een intensief gegeven dat erbij komt, zeker met het kleine vierkoppige team dat we nu hebben.”
“We zijn heel tevreden dat we die lokale markt altijd zo hoog in het vaandel blijven dragen zijn, want zij zijn onze redding geweest. Consumenten zijn nog bewuster lokaal beginnen aankopen.”
Heb je het gevoel dat jullie nu sterker in jullie schoenen staan?
“De grote les voor ons is dat we het lokale zeker niet uit het oog mogen verliezen. Uiteindelijk ligt ook daar onze sterkte. In onze strategie gaan we dat zeker meedragen, terwijl we de voorbije jaren begonnen te dromen van nog verdere oorden. We willen dat uiteraard nog altijd, maar door corona krijg je even een reality check dat je je soms moet redden met wat er hier is. En gelukkig voor ons speelt onze geschiedenis zich hier onder de kerktoren af en is er ook hier nog potentieel, gezien onze ligging in deze mooie streek. Mensen zijn daar nu ook veel gevoeliger aan. Vroeger zou je gedacht hebben dat we het klein zouden zien, maar in die optiek zien we het groots en willen we dat ‘dicht-bij-huis’ in onze strategie verder opbouwen. Niet alleen naar horeca toe, maar zeker ook naar particulieren, wandelaars en fietsers, of alternatieve ondernemingen zoals pop-ups of verenigingen. We willen meer brengen dan louter een verkoop, dat verhaal willen we integreren in wie we zijn en wat we aanbieden.”
Hoe kijken jullie naar de toekomst?
“Ik denk dat we afgelopen jaar als een ‘verloren jaar’ zullen bestempelen. Maar de brouwerij zal opnieuw kunnen opstarten. We zijn ervan overtuigd dat, zowel in België als mondiaal, de vraag naar Belgisch bier groot is en zal blijven – gelukkig. Wij zijn natuurlijk een kleine speler en voor ons zal veel afhangen van hoe de grote brouwerijen zich in die markt en de horeca zullen wringen. Daarnaast zal het ook afhangen van de horeca-uitbater, die de meerwaarde van een kleinere brouwer weet in te zien. Maar ik heb daar wel een goed oog op. Ik denk niet dat we zullen moeten vechten tegen een zoveelste virus in de toekomst, maar eerder tegen een politieke agenda, waarbij men het alcoholverbruik en -misbruik bij mensen wil aanpakken. Ik hoop dat dit geen bijkomende muur wordt waar de sector overheen moet. Alleeszins vieren we in september 2021 ons 135-jarig bestaan. We hopen tegen dan toch een feestje te mogen vieren, want brouwers vieren dat graag, met een natje en een droogje én een nieuw projectje dat ondertussen al van de denktank naar de gisttank is verhuisd. Laat ons hopen dat het tegen dan terug mag.”
Heb je nog een wens of een tip voor andere ondernemers?
“Niemand heeft de wijsheid alleen in pacht, nog meer dan ooit zien we de meerwaarde van samenwerkingen tussen ondernemers. Het is niet alleen plezant, maar ook uitdagend. Wij zijn dit jaar gestart met twee nieuwe bierproducten, rilette en bierpralines. We hebben ook een gepassioneerde ambachtelijke bakker in Lierde die het Steenuilkebrood ontwikkelde, gemaakt met de draf van een Steenuilke brouwsel. Dat zijn geen reuzeprojecten, maar het is zo leuk om gepassioneerde mensen samen te krijgen. In normale tijden lukt dit misschien minder vlot, maar we maakten afgelopen jaar van de gelegenheid gebruik om daarmee bezig te zijn. De consument apprecieert deze producten ook. Het is speciaal, er hangt een verhaal aan en het is authentiek. Sommige dingen kan je niet alleen. En eens bij elkaar te rade of te klage gaan, kan tot mooie dingen leiden.”