Filip Van den Abeele is spreker en expert rond de vierde Industriële Revolutie. Daarnaast is hij pijpleidingingenieur en werkt hij voor Subseawolf, een Vlaams ingenieursbedrijf dat oplossingen aanbiedt aan olie- en gasbedrijven, voor het ontwerp van pijpleidingen, boorplatformen en offshoreplatformen.

 

Welke energiebronnen zullen we gebruiken in de toekomst?

‘Momenteel zien we een transitie in onze traditionele koolstofgedreven economie. De komende tien jaar zal het gebruik van olie als voornaamste fossiele brandstof stabiel blijven. Het gebruik van aardgas zal blijven groeien en zal de tweede belangrijkste fossiele brandstof worden. Het is zeer wijd om handen, relatief goedkoop om te ontginnen en met voorsprong de meest schone fossiele brandstof, zeker in vergelijking met kolen en olie. Het gebruik van kolen zal blijven dalen onder meer door invloed van het klimaatakkoord van Parijs. Tezelfdertijd zien we een double digit growth in hernieuwbare energiebronnen, met zonne-energie en windenergie als voornaamste. Ook de waterstofeconomie wordt als opportuniteit onderzocht. Daarnaast zal er ook nog een groei in nucleaire energie zijn. Deze groei is sterk geografisch afhankelijk. In het westen zien we een mogelijke afstap van nucleaire energie, maar in India en China is er nog altijd een sterke vraag naar kerncentrales.’

‘Ik vergelijk windmolens en zonnepanelen graag met balorige adolescenten. Als je wilt dat ze stil zijn, zetten ze het kot op stelten en als je wilt dat ze een handje bijdragen, liggen ze lui in de zetel’

Waarom focussen we niet massaal op hernieuwbare energie?

‘WWF heeft een scenario uitgewerkt waarbij we 100% voor hernieuwbare energie gaan. Volgens mij is dat niet haalbaar. Als je de output van de kerncentrale van Doel wilt vervangen door zonnepanelen dan heb je vandaag 250km² zonnepanelen nodig. Dat is 10 maal de oppervlakte van de gemeente Doel. Daarnaast zijn deze bronnen van energie afhankelijk van het weer en ‘s nachts kan je geen zonne-energie produceren. Ik vergelijk windmolens en zonnepanelen graag met balorige adolescenten. Als je wilt dat ze stil zijn, zetten ze het kot op stelten en als je wilt dat ze een handje bijdragen, liggen ze lui in de zetel. Als je al die factoren aan elkaar linkt, dan lijkt het mij met de huidige technologische kennis in de voorzienbare toekomst onmogelijk om naar 100% hernieuwbare energie te gaan.’

 

Hoe zie je de toekomst van nucleaire energie?

‘We hebben in België zes gigawatt aan nucleaire capaciteit. Met het huidige phase-out plan tegen 2025 kunnen we dat onmogelijk opvangen en gaan we onvermijdelijk een black-out krijgen. Of op zijn meest cynisch zullen we gewoon nucleaire stroom importeren uit Frankrijk. Ik kan begrijpen dat er een visie bestaat waarbij het wenselijk is om uit kernenergie te stappen. Maar dat moet gefaseerd verlopen en ondersteund worden door een investeringsklimaat waarbij grootschalige windmolenparken en zonnepanelen worden aangelegd. Maar ik ben er van overtuigd dat je altijd een flexibele en stabiele baseline zal nodig hebben waarbij je, bijvoorbeeld op een bewolkte en windstille dag, 75 tot 80% van je behoefte kan dekken met kerncentrales hetzij gasgestookte centrales. Die blijven bij uitstek de meest betrouwbare vormen van energievoorziening, omdat je daar zeer stabiel kan voorspellen hoeveel megawatt je zal produceren.’

 

De komende jaren zal gas dus aan belang winnen?

‘Gas zal vrij significant blijven groeien en vooral in vloeibare vorm. Aardgas wordt vloeibaar bij -162°C en krimpt hierdoor 600 keer in volume. Je slaat dus reusachtig veel gas op in een relatief klein volume hierdoor. Dit volume is ook veel eenvoudiger transporteerbaar via tankers. Je hoeft geen rigide pijpleidingeninfrastructuur te bouwen. Het hele energielandschap is hierdoor in de voorbije jaren ondersteboven gezet. Een land als Amerika is door het ontginnen van schaliegas, op minder dan een decennium tijd van grote importeur naar exporteur van energie geëvolueerd. Ze exporteren hun vloeibaar gas naar Azië, wat een hele nieuwe supply chain heeft doen ontstaan van tankers en schepen om dat gas te vervoeren. Ook België kan profiteren van de uitbouw van een grootschalig netwerk in vloeibaar gas.’

 

Gaan de traditionele leveranciers van olie en gas zich fors aanpassen de komende 10 jaar?

‘Die bedrijven zijn zich reeds aan het aanpassen. Dat gaat natuurlijk tijd vergen, want zij bezitten momenteel gasvoorraden waarmee ze de komende 50 jaar nog steeds gebeiteld zitten als producent en aanbieder van aardgas, zowel in gasvorm als vloeibare vorm. Maar je ziet dat Total bijvoorbeeld, inmiddels een van de grootste spelers is in hernieuwbare zonne-energie in Frankrijk. Shell profileert zich meer en meer als gasbedrijf in plaats van oliebedrijf. Statoil heeft vorige maand bekend gemaakt dat ze zich gaan herdopen tot Equinor omdat ze geen connotatie willen met het woord oil. Dus veel traditionele olie- en gasbedrijven zijn aan het overhellen van oliebedrijf naar gasbedrijf en zijn ook aan het investeren in hernieuwbare energie. Die omslag zijn ze reeds aan het maken en dat is niet uit caritas of ecologische motief, maar uit eigenbelang om die trend te volgen.’

 

Gaan we een oplossing vinden voor de opwarming van de aarde?

‘Er worden op internationaal niveau klimaatakkoorden gesloten, wat aantoont dat het thema leeft bij de wereldbeleidsmakers. Los van die klimaatakkoorden blijft de uitstoot van COtoenemen en blijft ons klimaat opwarmen. Het gaat substantiële inspanningen vergen om die trend te keren. Ik weet niet of we als maatschappij in staat zijn om daadwerkelijk die inspanningen te leveren. Het ondubbelzinnige feit is dat koolstof en aardgas nog relatief goedkoop zijn. Wat een rem plaatst op investeringen in hernieuwbare energie. Daarnaast vergt het een stukje reflectie. We willen allemaal dat de nefaste effecten van fossiele brandstoffen op het milieu verminderen, maar de meesten onder ons blijven met het vliegtuig op vakantie gaan, vrijwel iedereen rijdt met een personenwagen en zit tussen zoveel anderen alleen in de wagen in dezelfde file.’ 

‘Keer op keer hebben we de neiging om de ogenblikkelijke impact van nieuwe technologie te overschatten, maar de impact op middellange termijn te onderschatten.’

Hoe moeten we ons dan volgens jou inzetten om het klimaatprobleem aan te pakken?

‘Ik denk niet dat het realistisch is om de Westerse mens aan banden te leggen als het gaat over vliegtuigverplaatsingen en levensstandaarden. Maar wij als Westerse ontwikkelde wereld kunnen ook niet eisen van ontwikkelende economieën, zoals China en India, dat zij niet meer vervuilen omdat wij alles al om zeep geholpen hebben. Ik ben wel optimistisch rond de mogelijke gevolgen die de vierde Industriële Revolutie met zich mee zal brengen. Zo kan er binnen een tiental jaar een veel intelligenter geconnecteerd mobiliteitsplatform bestaan. De eerste blauwdrukken daarvan zie je al bij Uber. Onze kinderen, die zeer technologiewijs worden, hoeven in de toekomst misschien niet eens een rijbewijs te hebben. Ze kunnen mobiliteit huren. Keer op keer hebben we de neiging om de ogenblikkelijke impact van nieuwe technologie te overschatten, maar de impact op middellange termijn te onderschatten. Dus het zou me niet verbazen dat we binnen 10 jaar veel meer zelfrijdende wagens gaan zien en veel intelligenter verkeer zullen hebben. Wat toch een stukje fileleed en ecologische repercussies van transport kan oplossen. Het gaat een heel andere economie worden, een andere manier van in het leven staan waarbij onze kinderen op een andere manier denken over huisvesting, transport, mobiliteit en bezit.’

 

Wat is waterstofenergie?

Waterstof kan gebruikt worden als drager van energie die geproduceerd wordt door windmolens of zonne-panelen. Waterstof is geen energiebron op zich. Elektrische energie wordt gesplitst in waterstofgas en zuurstofgas. De verkregen waterstof kan opgeslagen en vervoerd worden en op een andere tijd en plaats als energiebron gebruikt worden. Het kan gebruikt worden voor elektriciteitsopwekking met brandstofcellen, voor verwarming, of als brandstof voor auto’s en vliegtuigen. Dit kan een oplossing zijn voor het probleem dat het aanbod van duurzame energiebronnen sterk varieert in de tijd.